Alles over Judas Priest

Publicatiedatum 07-03-2024 Laatst gewijzigd 17-03-2024

Het uit de Britse industriestad Birmingham voortgekomen Judas Priest is een van de meest invloedrijke metal bands ter wereld. De band rond zanger Rob Halford inspireert meerdere generaties heavy bands en introduceert ook de typische metal ‘look’, gedomineerd door zwart leer, blinkend metaal en strakke jeans. Ondanks een gehavende bezetting klinkt Judas Priest ouderwets energiek op het splinternieuwe album Invincible Shield.

Judas Priest oogt in de beelden uit 1975 van popprogramma The Old Grey Whistle Test bepaald niet als de toekomst van de Britse heavy metal. De leden lijken met hun fleurige bloesjes en wijde broekspijpen nog met een been in de jaren 60 te staan. Het duurt dan ook een tijd voor de band uit de grauwe industriestad Birmingham z’n eigen identiteit ontwikkelt. Wat dat betreft is het ook veelzeggend dat de in 1969 opgerichte groep zich niet vernoemt naar bijvoorbeeld een horrorfilm, zoals de illustere plaatsgenoten Black Sabbath. De bandnaam wordt door Brian ‘Bruno’ Stapenhill, een van de eerste bassisten van de band, overgeheveld uit het nummer The Ballad Of Frankie Lee And Judas Priest van folkzanger Bob Dylan. Het is te vinden op zijn album John Wesley Harding. Ook al geen begin met een hoog heavy metal gehalte.

Stoelendans

Het komt toch allemaal goed. Terwijl de band in de eerste jaren naar een eigen geluid zoekt, is het ook een komen en gaan van zangers en muzikanten. De bezetting stabiliseert zich uiteindelijk rond zanger Rob Halford, gitaristen K.K. Downing en Glenn Tipton en bassist Ian Hill. De Spinal Tap-achtige stoelendans rond het drumkrukje eindigt echter pas in 1990 met de komst van de Amerikaan Scott Travis. Terug naar midden jaren 70. Na een wisselvallig debuut worden op de tweede plaat Sad Wings Of Destiny uit 1976 de eerste contouren van het karakteristieke Priest-geluid hoorbaar: een stevig tempo, de virtuoze gitaarduellen van Downing en Tipton en de glaswerk versplinterende kopstem van Rob Halford.

Zwart leer

De enige hobbel die dan nog genomen moet worden, is een zakelijke. De platenmaatschappij waar de eerste albums op uitkomen, weet niet goed wat het aan moet met het ontluikende Judas Priest. De band tekent daarna bij muziekgigant CBS (later Sony) waar in 1977 het album Sin After Sin uitkomt. Het bevat met de opener Sinner een echte Judas Priest klassieker, terwijl de band de fans verrast met uit gewapend beton opgetrokken versie van Diamonds And Rust van folkzangeres Joan Baez – een voorbeeldige cover overigens. In deze periode onderwerpt de band zich ook aan een visuele make-over. De fleurige bloesjes en wijde pijpen gaan naar de kringloop en maken plaats voor zwart leer, blinkend metaal en strakke jeans. De band laat zich daarbij deels inspireren door van de straat geschraapte couture van de punk. Veel later blijkt dat Rob Halford ook beïnvloed wordt door de gayscene waarin hij zich bevindt, al wordt dat dan nog zorgvuldig geheim gehouden. De zanger komt pas jaren later uit de kast. De opmars van de band wordt vervolgd met de inmiddels klassieke albums Stained Class (1978) en Killing Machine (1978). Wie dan nog aan de klasse van de band twijfelt, wordt in 1979 over de streep getrokken met het in Japan opgenomen live album Unleashed In The East met daarop definitieve versies van songs als Exciter, Running Wild, Sinner, The Ripper, de covers The Green Manalishi (With The Two Prong Crown) van Fleetwood Mac en Baez’ Diamonds And Rust.

Tekst gaat verder onder de playlist

670.000 bezoekers

Het opwindende livealbum is de perfecte aanloop naar een van de definitieve studioplaten van de band: British Steel (1980). De band loopt met songs als Metal Gods, Breaking The Law en Living After Midnight helemaal in de pas met de New Wave Of British Heavy Metal die in 1980 de boel op stelten zet met nieuwkomers als Iron Maiden, Def Leppard en Saxon. Het is daarnaast het album waarmee Judas Priest vaste voet krijgt in Amerika. Ook dat succes wordt verder uitgebouwd met de album Point Of Entry (1981). Hoe groot de band uiteindelijk wordt, blijkt als Judas Priest in 1983 samen met o.a. Van Halen, Scorpions, Mötley Crüe en Ozzy Osbourne voor 670.000(!) bezoekers op het US Festival in Californië speelt.

Painkiller

Er volgt een periode waarin Judas Priest zich op een krampachtige manier probeert aan te passen aan de nieuwe tijd – die lastige jaren 80. De diehard fans schrikken vooral van Turbo uit 1986 dat gedomineerd wordt door gitaarsynthesizers en drumcomputers. Judas Priest als onverschrokken metal band herrijst in 1990 pas weer met het spijkerharde Painkiller, waarop de Amerikaanse drummer Scott Travis debuteert. Tijdens de daaropvolgende tournee speelt de band in de Rijnhal in Arnhem, met Annihilator en Pantera in het voorprogramma. Indrukwekkende shows. Wie erbij was, praat er nog steeds over.

Tekst gaat verder onder de video

 

Oude nest

De rust blijkt helaas tijdelijk te zijn. In 1992 stapt Rob Halford op om solo te gaan. De band ploetert door met de uit een Amerikaanse Judas Priest-coverband losgeweekte Tim ‘Ripper’ Owens. Met hem worden twee studioplaten gemaakt: Jugulator (1997) en Demolition (2001), waarna de verloren zoon tot opluchting van de schare fans terugkeert op het oude nest. Angel Of Retribution (2005) klinkt dan ook vooral vertrouwd, terwijl Judas Priest met de rockopera Nostradamus (2008) zich zowaar aan een experiment waagt. Na de nogal lauwe reacties daarop, kiest de band met Redeemer Of Souls (2014) en Firepower (2018) voor de vertrouwde – lees: stevige – aanpak. Het is een lijn die verder doorgetrokken wordt met het splinternieuwe album Invincible Shield dat op 8 maart uitkomt.

Tekst gaat verder onder de video

Metal God

Het is opvallend hoe vitaal Judas Priest op dat 19e (!) album klinkt. De jaren gaan inmiddels tellen, zelfs voor een band die gesmeed is uit eersteklas British Steel. Rob Halford zingt nog altijd als een jonge Metal God. Met het vertrek van K.K. Downing valt het legendarische gitaarduo in 2011 uit elkaar, al wordt hij wel vervangen door de capabele Richie Faulkner. In 2018 wordt bekend dat de andere gitarist, Glenn Tipton al enige tijd aan de ziekte van Parksinson leidt, waarmee zijn rol in de band beperkt wordt. Hij toert, op wat gastoptredens na, ook niet meer mee. Zijn positie op het podium is ingenomen door Andy Sneap, ook de producer van de laatste twee Judas Priest albums.

Metallica

De band galoppeert zo trots de late herfst van de loopbaan binnen. Hoe verrassend goed de actuele reeks albums ook is, het belang van Judas Priest reikt veel verder. De band is het grote voorbeeld van de generaties metal bands die zich in de jaren 80 aandienen. Eerst in Engeland, later met o.a. Metallica, Slayer en Megadeth ook in Amerika. Zoals de typische Judas Priest sound ook gezien wordt als de blauwdruk voor de power metal, een subgenre dat in Duitsland als decennia razend populair is. En het kan natuurlijk ook geen toeval zijn dat talloze bands zich vernoemden naar iconische Judas Priest-songs: o.a. Rapid Fire, Starbreaker, Savage, Running Wild, Painkiller, Sinner, Steeler, Invader en Tyrant. En jawel, zelfs het synthesizermisstapje blijkt inmiddels z’n fans te hebben, weten we dankzij de Amerikaanse band The Turbo Lovers.

 

Reacties

Deze artikelen vind je misschien ook leuk...

27 Metal albums die je gehoord moet hebben

Niet zo bekend met metal? Wij stelden een lijst voor je samen van 27 (heavy) metalalbums door de jaren heen. Het gaat om pure klassiekers en sterk verkopende heavy albums die...