Spotlight
Toto: De warme band met Nederland

Nadat Toto afgelopen dinsdag een show gaf in een uitverkocht 013 in Tilburg speelt de Amerikaanse rockband op vrijdag 15 juli in de Ziggo Dome in Amsterdam. Optredens die nog eens onderstrepen hoe warm de band tussen de groep van meestergitarist Steve Lukather en ons land nog altijd is. Veel was te danken aan de onvermoeibare zendingsdrang van een luidruchtige VARA-deejay in de jaren zeventig.

Toto debuteerde in 1978 met een titelloos album en scoorde meteen een hit met de daarvan afkomstige single Hold The Line. Wie in de jaren zeventig tijdens het luisteren naar lp’s wel eens de credits op de platenhoezen spelde, liep grote kans de namen van de bandleden al veel langer te kennen. De muzikanten waren in die periode namelijk alom tegenwoordig, vooral in het Californische studiocircuit. Toetsenist David Paich en drummer Jeff Porcaro speelden bijvoorbeeld mee op albums van Steely Dan. Samen met bassist David Hungate waren ze ook te horen op het succesvolle album Silk Degrees van Boz Scaggs, een Amerikaanse zanger en gitarist die ze begeleidden tijdens een tournee die ook Nederland aandeed. Later, na hun eigen doorbraak, leverden ze ook belangrijke bijdragen aan de succesalbums van Michael Jackson, inclusief Thriller.

Leerschool

“Ik was bij een van die shows van Boz Scaggs en ik was enorm onder de indruk van zijn begeleidingsband”, zou VARA-deejay Alfred Lagarde daar later over zeggen. “Toen ik via mijn contactpersoon bij Sony hoorde dat die gasten een eigen band begonnen waren en binnenkort een debuut zouden uitbrengen, was mijn interesse meteen gewekt. Dit kon niet anders dan geweldig worden!” De doorlopen leerschool bij met name Steely Dan en Box Scaggs klonk luid en duidelijk door op het debuut van Toto. Beide acts hadden met hun vanzelfsprekende mix van rock, funk, fusion en pop iets ongrijpbaars. Het was een lastig te categoriseren sound die ook Toto vanaf het eerste album liet horen. De eerste bezetting van de groep stabiliseerde zich overigens rond de genoemde David Paich, Jeff Porcaro, David Hungate, aangevuld met gitarist Steve Lukather, toetsenist Steve Porcaro en zanger Bobby Kimball.

Betonuur

Alfred Lagarde was behept met een enorme liefde voor een opwindend Amerikaanse pop en rockgeluid. Hij omarmde Toto dan ook vanaf de eerste tonen die hij hoorde, om de band nooit meer los te laten. In de tweede helft van de jaren zeventig was hij de eigenzinnige samensteller en de luidruchtige deejay van het razend populaire hardrockprogramma Betonuur, dat elke dinsdagmiddag op Hilversum 3 (zoals dat toen nog heette) door de VARA werd uitgezonden. Hold The Line en de Toto-hits die volgden, draaiden overuren op zijn draaitafels in de studio in Hilversum. Wanneer zich de mogelijkheid zich ook maar aandiende, haalde hij de bandleden naar de studio voor een interview met een doorgaans hoog oude jongens krentenbrood gehalte.

Zijn fan-matige liefde voor Toto bezorgde de Amerikaanse rockband een groot en vooral loyaal publiek in Nederland. Minder geslaagde albums, een eindeloze reeks bezettingswisselingen – inclusief die van de zangers – en een ongunstige tijdgeest brak de band elders nadrukkelijk op, maar in ons land bleven de zalen traditioneel vollopen. De radiomaker zag zijn loyaliteit beloond toen hij in 1992 het in Den Bosch opgenomen live-album mocht mede-produceren. De dubbelaar, met Steve Lukather als leadzanger, verscheen een jaar later.

Rolling Stone

Waar Alfred Lagarde geen invloed op had, waren de recensies waar Toto het steevast moest doen. In de meeste toonaangevende muziekbladen werden de albums van de rockband rücksichtslos de grond ingeboord. Het Rolling Stone magazine omschreef de band als ‘de zoveelste afvaardiging van L.A.-sessie muzikanten dat een hit wist te maken van een debuut dat louter techniek en geen hersens had. Voorspelbare songs en zang die het zelfs niet in een Holiday Inn cocktail lounge zou redden.’ Elders was het al niet beter, waarbij de ‘zonden’ telkens dezelfde waren: te veel techniek, te weinig gezicht, te gepolijst en te weinig avontuur.

Het grote publiek trok zich daar – gelukkig – bar weinig van aan en bleef de albums kopen en naar de concerten komen. Na het monstersucces van het album IV uit 1982, dat handenvol hits en Grammy’s opleverde, kon zelfs de grootste scepticus er niet omheen dat er met de band toch wel iets bijzonders aan de hand was. In recente jaren leek de minst coole band uit de popmuziek zelfs credible te worden. In 2018 coverde de Amerikaanse powerpopband Weezer de archetype Toto-ballad Africa, waarop de band reageerde met hun versie van het Weezer-nummer Hashpipe. Ondertussen bleef de deur naar Nederland altijd openstaan. In 2019 was Toto zowel te bewonderen op het stoere rockfestival Bospop als op het aanmerkelijk deftiger en nog altijd prestigieuze North Sea Jazz Festival.

Scherpe tanden

In de achterliggende jaren speelde Toto regelmatig met de gedachte om de handdoek in de ring te gooien, maar vooralsnog bestaat de band nog altijd. Alleen is zanger en gitarist Steve Lukather anno 2022 wel het enige nog live spelende lid van de klassieke bezetting. Toetsenist David Paich alleen dook eerder dit jaar tijdens diverse shows van de Amerikaanse tournee nog wel op om op een handvol songs mee te spelen. Het lijkt geen enkele invloed op de populariteit te hebben. Zoals de band het ook nooit van grote gebaren of opgeblazen schandalen moest hebben. De mensen die naar Toto gaan, komen puur voor de muziek. De songs van Toto hebben de scherpe tanden van de tijd moeiteloos weerstaan.

Deel deze pagina:
Bekijk ook