Nieuws
Het verhaal achter Depeche Mode's Violator

Depeche Mode brak dertig jaar geleden op een spectaculaire manier door met het zevende studioalbum Violator. Het bleek dus te kunnen: pieken in artistiek opzicht en tegelijkertijd miljoenen platen verkopen. Alleen in Amerika al werd Violator drie keer platina – goed voor drie miljoen verkochte exemplaren. Ter gelegenheid van dat jubileum verscheen onlangs de lijvige set Violator / The 12” Singles, een box met daarin 10 maxisingles met daarop de verschillende mixen van de hits die Violator voortbracht. Het perfecte moment voor een terugblik op een album dat alles veranderde voor het Britse kwartet.

Vanwege een succesvolle tournee in 1988 ter promotie van het een jaar eerder verschenen album Music For The Masses was Depeche Mode in Amerika al een bekende naam. Toen de band in maart 1990 voor een signeersessie voor de belangrijke opvolger daarvan Los Angeles aandeed – het zevende album Violator – rekende de platenmaatschappij dan ook op een flinke opkomst. De vier Britten werden achter klaptafeltjes gepositioneerd, de viltstiften in de aanslag en stapels albums stonden klaar. De fans waren welkom. Iedereen was al dolblij geweest als er zo’n duizend waren op komen dagen. Depeche Mode bleek echter veel populairder te zijn dan de zonnigste schattingen hadden aangegeven. The Wherehouse Record Store werd belegerd door naar schatting 17.000 fans. De situatie dreigde al snel uit de hand te lopen en uiteindelijk moest de band met een helikopter ontzet worden, terwijl oproerpolitie in vol ornaat de massa in bedwang moest houden.

De schermutselingen onder de Californische zon maakten nog eens duidelijk hoe snel het de voorgaande jaren met Depeche Mode was gegaan. De band was in mei 1980 in Essex ontstaan en ontpopte zich in de jaren die volgden als een van de typisch Britse synthesizerpopbands. Het succesverhaal ontvouwde zich langzaam met hits als Just Can’t Get Enough, People Are People, Master And Servant en Never Let Me Down Again. In 1987 volgde de voorlopige bekroning met het album Music For The Masses. De titel was door Depeche Mode zelf ironisch bedoeld: de band koesterde geen hoge commerciële verwachtingen van het werkstuk. Toch zorgde het ervoor dat de band, vooral buiten eigen land, hard op weg was een wereld-act te worden.

Vooruitlopend op Violator, de belangrijke opvolger van Music For The Masses, bracht Depeche Mode eind 1989 de single Personal Jesus uit. In muzikaal opzicht was het een verrassend nummer. De band die het ooit vooral van de toetsen moest hebben, kwam voor de dag met een song met een stoer rock-‘n-roll ritme – inclusief een paar stevige gitaarlicks. De teksten die een broeierig midden hielden tussen erotiek en religie waren wel weer heel erg Depeche Mode. Het bleek de perfecte aanloop naar de nieuwe plaat. Personal Jesus werd wereldwijd een grote hit. Ook in Amerika, waar voor het eerst sinds People Are People uit 1984 de Top 40 weer eens werd gehaald. Het hit-succes was deels te danken aan de clip die Anton Corbijn ervoor maakte, die zanger David Gahan en passant de status van sekssymbool bezorgde.

Violator kwam in maart 1990 dan ook onder het best mogelijke gesternte ter wereld. De hooggespannen verwachtingen werden moeiteloos ingelost. Zeker in creatief opzicht. De band had samen met producer Flood voor een nieuwe manier van werken gekozen. Muzikant en componist Martin Gore was niet, zoals voorheen, met handvol kant-en-klare demo’s naar de studio gekomen, maar had zich beperkt tot losse aanzetten tot songs. De band mocht die als collectief verder aanvullen. Het resultaat was een album dat opener en avontuurlijker klonk dan bijvoorbeeld Music For The Masses: een beetje ruw langs de randjes. Het werkstuk van een echte band. Violator werd echter vooral een triomf vanwege ijzersterke songs als Personal Jesus, Enjoy The Silence, World in My Eyes, Policy Of Truth en het louterende Clean waarmee het album afsloot.

De titel van het album was opnieuw als grap bedoeld. De band wilde het een naam geven die je eerder bij een stoere metal band zou verwachten. De band boog echter een totaal andere kant op. Terwijl er met het grootst klinkende Music For The Masses opzichtig gelonkt werd naar de stadions, rook Violator weer naar een volgepakte, zweterige club. Eind jaren tachtig was de house cultuur geëxplodeerd en veel van de nieuwe helden wezen Depeche Mode aan als een belangrijke invloed. Die erkenning inspireerde Martin Gore om weer een plaat te maken een dominante rol voor elektronica. Het was daarmee de perfecte album op het ideale moment, wat nog eens extra bevestigd werd toen er in luttele maanden zeven miljoen exemplaren van verkocht werden.

De singles werden dan ook door diverse deejays en mixers als … onder handen genomen. Het resultaat daarvan verscheen op 12” singles die allemaal verzameld zijn in Violator / The 12” Singles,  een genummerde en gelimiteerde box set met daarin liefst tien singles met heel verschillende mixen van Personal Jesus, Enjoy The Silence, Policy Of Truth en World In My Eyes. De replica’s van de vaak zeldzame en kostbare originele singles zijn met oog voor detail nagemaakt. De ruim 15 minuten durende Quad mix van Enjoy The Silence heeft een ets op de B-kant, de Dub In My Eyes remix van World In My Eyes is gesealed in blauw plastic – net als het origineel. In afwijking met de zes eerdere Depeche Mode single-boxen is er een maxi aan toegevoegd die destijds alleen als promo verscheen: World In My Eyes (Mayhem Mode)/Happiest Girl (The Pulsating Orbital Mix). Dankzij het gebruik van de originele tapes, klinkt alles optimaal. Een poster en een downloadcode completeren de fraai verzorgde set.

De monumentale box is een passende ode aan een van de beste albums van de jaren negentig en – volgens velen – het beste album dat Depeche Mode ooit zou uitbrengen. Het ging daarnaast de boeken in als het best verkochte album dat de Britse band ooit zou maken. Het maakte van Depeche Mode een onaantastbare top-act. In de jaren die volgden, zou uit diverse hoeken erkenning voor Violator volgen. In 2004 nam de Amerikaanse shockrocker en Depeche Mode-fan Marilyn Manson een versie van Personal Jesus op. Hoe goed ook, die cover verbleekte bij de indringende versie die countrylegende Johnny Cash twee jaar eerder van datzelfde nummer opnamen, op aangeven van zijn producer Rick Rubin. Ontdaan van de broeierige sound van Depeche Mode herrees het als een ambachtelijke, Amerikaanse traditional. Of zoals Johnny Cash het zelf omschreef: “dit is misschien wel de meest evangelische gospelsong die ik ooit opgenomen heb.”

Van de dansvloer tot de kerk, de songs van Depeche Mode bleken een universele kwaliteit te hebben.

Deel deze pagina:
Bekijk ook